1 Koningen 18:30

SVToen zeide Elia tot het ganse volk: Nadert tot mij. En al het volk naderde tot hem; en hij heelde het altaar des HEEREN, dat verbroken was.
WLCוַיֹּ֨אמֶר אֵלִיָּ֤הוּ לְכָל־הָעָם֙ גְּשׁ֣וּ אֵלַ֔י וַיִּגְּשׁ֥וּ כָל־הָעָ֖ם אֵלָ֑יו וַיְרַפֵּ֛א אֶת־מִזְבַּ֥ח יְהוָ֖ה הֶהָרֽוּס׃
Trans.wayyō’mer ’ēlîyâû ləḵāl-hā‘ām gəšû ’ēlay wayyigəšû ḵāl-hā‘ām ’ēlāyw wayərapē’ ’eṯ-mizəbaḥ JHWH hehārûs:

Algemeen

Zie ook: Altaar, Elia

Aantekeningen

Toen zeide Elia tot het ganse volk: Nadert tot mij. En al het volk naderde tot hem; en hij heelde het altaar des HEEREN, dat verbroken was.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּ֨אמֶר

Toen zeide

אֵלִיָּ֤הוּ

Elía

לְ

-

כָל־

tot het ganse

הָ

-

עָם֙

volk

גְּשׁ֣וּ

Nadert

אֵלַ֔י

tot

וַ

-

יִּגְּשׁ֥וּ

naderde

כָל־

mij. En al

הָ

-

עָ֖ם

het volk

אֵלָ֑יו

tot

וַ

-

יְרַפֵּ֛א

hem; en hij heelde

אֶת־

-

מִזְבַּ֥ח

het altaar

יְהוָ֖ה

des HEEREN

הֶ

-

הָרֽוּס

dat verbroken was


Toen zeide Elia tot het ganse volk: Nadert tot mij. En al het volk naderde tot hem; en hij heelde het altaar des HEEREN, dat verbroken was.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!